Terug

Inrichting onderbouw (leerjaar 1-2)

Voor elk vmbo-advies hebben we passende brugklassen. Om leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op het voor hen passende niveau, hebben we voor elk vmbo-advies tweejarige brugklassen:

• mavo: Voor leerlingen met een mavoadvies.
• mavo/kader: Voor leerlingen met een kader of een gemengd mavo/kaderadvies.
• kader/basis: Voor leerlingen met een kader of een gemengd kader/basisadvies.
• basis: Voor leerlingen met een basisadvies. 

Dakpanklassen   
In de dakpanklassen vmbo-mavo/kader en vmbo-kader/basis houden we rekening met twee niveaus. Wij geven les op het hoogste niveau. Indien noodzakelijk passen wij het onderwijs aan naar een lager niveau. Resultaten houden wij apart bij voor basis, kader en/of mavo. Dit biedt kansen voor leerlingen met ambitie om op een niveau hoger te komen. Het voorkomt daarnaast dat we de leerlingen, voor wie het hoogste niveau te moeilijk is, overvragen. De rapporten geven een duidelijk beeld van het niveau dat uw kind aankan. De dakpanklassen duren twee jaar, zodat een leerling ruim de tijd heeft om zich te ontwikkelen. In de loop van deze twee jaar wordt duidelijk op welke manier uw kind het beste leert en welke leerweg het beste past. Het basisschooladvies is daarbij het uitgangspunt, maar iedereen krijgt de kans de brugklas af te ronden op het hoogste niveau. Per periode kan een leerling een of meerdere vakken op een hoger niveau volgen, als het docententeam daarvoor ook de mogelijkheden ziet. 

Sommige leerlingen met leerachterstanden en ondersteuningsbehoeften komen in aanmerking voor een kleinere brugklas. Leerlingen met een advies voor de basisberoepsgerichte leerweg komen altijd in een kleinere brugklas.

Leerlingen uit een mavobrugklas die het eerste half jaar goed presteren, mogen in het tweede half jaar het vak Frans volgen en krijgen dan de mogelijkheid om door te stromen naar het tweede brugklasjaar mavo/havo op locatie havo-atheneum-gymnasium.

Inrichting bovenbouw (leerjaar 3-4)

mavo-plus
Op de mavo krijgen leerlingen een brede opleiding gericht op theoretische kennis en vaardigheden. Op het Maaswaal College, locatie vmbo basis-kader-mavo, heeft de mavo bovendien een aantal extra's. We noemen dat mavo-plus:

• Leerlingen in 4 mavo kiezen standaard een extra examenvak. Een leerling die slaagt met een zevende examenvak mag doorstromen naar 4 havo.

• Leerlingen kunnen kiezen voor de praktische vakken dienstverlening en producten, beeldende vormgeving of LO2.

Extra vak: dienstverlening en producten
Bij dienstverlening en producten horen twee profieldelen: organiseren van een activiteit en een multimediale productie maken. Daarnaast kiezen ze ook meerdere keuzevakken, zoals ondernemen, robotica of sign & 3D-ontwerp. Door het volgen van keuzevakken krijgt de leerling de kans zich breder te ontwikkelen. Ze werken bij veel keuzevakken aan levensechte opdrachten vanuit het bedrijfsleven. Deze zijn samen met lokale bedrijven ontwikkeld en leerlingen gaan ook naar deze bedrijven toe!

LO2
De kern van LO2 is in bewegingssituaties beter leren bewegen, maar zeker ook leren organiseren en jezelf presenteren. De leerlingen oriënteren zich op beroep of vrijwilligerswerk door het vervullen van organisatie- en coachende taken in het werkveld van sport en bewegen.

Voorbereiden op keuzes
Leerlingen verkennen de mogelijkheden van de beroepspraktijk en het vervolgonderwijs al vanaf de brugklas. Na leerjaar 2 laten de leerlingen 3 vakken vallen. In leerjaar 3 volgen de leerlingen
12 vakken. Aan het einde van leerjaar 3 kiezen de leerlingen het definitieve vakkenpakket voor 4 mavo met zeven eindexamenvakken. De begeleiding bij het voorbereiden op deze keuze biedt de mentor. Zij doorlopen met de leerlingen de leerlijn LOB (loopbaanoriëntatie en begeleiding). De decaan speelt ook een belangrijke rol in de begeleiding van de leerlingen op het gebied van de vakkenpakketkeuze en de oriëntatie op het vervolgonderwijs. 

Na de mavo
Verreweg de meeste leerlingen van de mavo volgen na het behalen van hun diploma een opleiding op het hoogste niveau van het MBO, niveau 4. Een aantal leerlingen stroomt na leerjaar vier door naar 4 havo. In samenwerking met de havo-afdeling van de locatie Veenseweg bieden we hun voor en/of na de zomervakantie extra lessen Nederlands en wiskunde aan. Ook na de overstap is er een begeleidingstraject. Deze route biedt de snelste aansluiting op het hbo.  

vmbo-basis en vmbo-kader
Op het vmbo zijn er twee beroepsgerichte opleidingen met meer praktijkuren dan de mavo- opleiding:

• kaderberoepsgerichte leerweg (vmbo-kader)
• basisberoepsgerichte leerweg (vmbo-basis)

Het Maaswaal College biedt twee profielen aan: ‘zorg en welzijn’ en ‘dienstverlening en producten’. Die bevatten vier profielmodules. Daarnaast kiezen de leerlingen ook keuzevakken zoals 3D-vormgeving & realisatie, ondernemen, sport & bewegen, logistiek, gastheerschap & keukenspecialisatie, zorgtechnologie, EHBO en kennismaken met uiterlijke verzorging.

vmbo-kader
Het onderwijs op vmbo-kader is zowel praktisch als theoretisch gericht. Leerlingen passen wat ze geleerd hebben toe in de praktijk en vergroten zo hun kennis en inzicht.

Kenmerken van vmbo-k op het Maaswaal College:

• We besteden veel aandacht aan zelfstandig leren, plannen en organiseren.
• De leerling kiest in leerjaar 2 een profiel en de daarbij horende theorievakken.
• In leerjaar 3 volgt de leerling naast de theorievakken ook profielmodules en keuzevakken.
• Met een vmbo-k-diploma kan de leerling doorstromen naar niveau 3 of 4 van het mbo.

vmbo-basis
Het onderwijs op vmbo-basis zijn praktisch gericht. De leerling leert vooral door te doen en te ervaren.

Kenmerken van vmbo-b op het Maaswaal College:

• De leerling kiest in leerjaar 2 een profiel en de daarbij horende theorievakken.
• In leerjaar 3 volgt de leerling ook profielmodules en keuzevakken, naast de theorievakken.
• In leerjaar 3 en 4 is het onderwijs sterk op de praktijk afgestemd.
• Deze leerweg bereidt de leerlingen voor op een opleiding op niveau 2 van het mbo.

Leerwerktraject (LWT)  
Op locatie vmbo basis-kader-mavo bieden wij het leerwerktraject (lwt) aan. Het lwt is een onderwijsvorm bedoeld voor leerlingen uit leerjaar 3 en 4, die cognitief wel in staat zijn om een vmbo-diploma te behalen, maar voor wie het theoretische onderwijs niet aansluit bij hun praktische leerstijl. De leerling is verplicht examen te doen in het beroepsgerichte programma én het vak Nederlands. Daarnaast krijgt de leerling extra lesuren in het vak rekenen, in ICT en loopbaanoriëntatie (LOB). Verder bestaat de onderwijstijd uit een stage. Concreet betekent dit:

• Drie dagen of zes dagdelen op school voor het beroepsgerichte programma (dienstverlening en producten of zorg en welzijn en keuzevakken), Nederlands, LOB  en rekenen.
• Twee dagen of vier dagdelen stage in een bedrijf dat past bij het profiel en de doorstroom naar het MBO.
• Het vmbo-diploma op basis van een leerwerktraject geeft recht op instroom op een opleiding op MBO-niveau 2.  

Binnen- en buitenschools leren

Eén dagdeel of dag per week leren en werken alle kader- en basisleerlingen van leerjaar 3 en 4 buiten school. Bedrijven en organisaties uit Wijchen en omgeving bieden de leerlingen deze ruimte. Hiermee bereiden wij leerlingen nog beter voor op hun vervolgopleiding in het mbo. Er is veel aandacht voor samenwerken, plannen en organiseren, communiceren en zelfstandig werken.

Leren in Bedrijf: LIB, Leerlingen leren waar de professie is
Wij bereiden onze leerlingen voor op hun rol in de maatschappij en hun toekomst door middel van, onder andere, praktische ervaringen. Leren in Bedrijf (LIB) biedt vierdejaars leerlingen uit vmbo-basis en vmbo-kader een realistische persoonlijke ontwikkeling en werkervaring die hen voorbereidt op de arbeidsmarkt en hun vervolgopleiding. Zo ontwikkelen leerlingen vaardigheden die hen in staat stellen zich aan te passen aan de dynamische samenleving.

Leren in Bedrijf is een innovatief onderwijsprogramma binnen het Maaswaal College, locatie vmbo basis-kader-mavo waarin leerlingen gedurende een half schooljaar praktijkgericht leren in een bedrijf. LIB onderscheidt zich van traditionele stages doordat leerlingen niet alleen meekijken, maar daadwerkelijk als werknemers deelnemen aan bedrijfsprocessen. Ze werken samen met professionals, ontwikkelen cruciale werknemersvaardigheden en ontdekken waar hun talenten en interesses liggen. Het Maaswaal College heeft een diepe samenwerking met (voornamelijk Wijchense) bedrijven vanuit zeer verschillende richtingen: bouw, techniek, lassen, installatietechniek, meubels ontwerpen, horeca, ouderenzorg, pedagogisch medewerker, hovenier en logistiek.

Met Leren in Bedrijf bouwen we een brug tussen onderwijs en praktijk, waarbij we leerlingen de kans geven om in een veilige en stimulerende omgeving werkervaring op te doen en keuzevakken af te ronden voor het schoolexamen. De leerlingen leren daar waar de expertise is: in het bedrijfsleven. Bedrijven opereren in een dynamische economische markt, zijn voortdurend in ontwikkeling en spelen in op de nieuwste innovaties. Hierdoor leren leerlingen in een actuele en relevante context.

Onderzoek toont aan dat leerlingen die meer directe praktijkervaring opdoen, een grotere en gemotiveerde betrokkenheid tonen bij hun leerproces. Het succes van LIB is gebaseerd op een aantal kernwaarden en principes die richting geven aan het programma:

• Authenticiteit – Leerlingen werken aan echte opdrachten en nemen actief deel aan bedrijfsprocessen.
• Samenwerking – Onderwijs en bedrijfsleven werken gelijkwaardig samen om leerlingen optimaal te begeleiden.
• Persoonlijke groei – Leerlingen ontdekken hun talenten, bouwen zelfvertrouwen op en ontwikkelen hun professionele identiteit.
• Innovatie – Het programma speelt in op actuele ontwikkelingen in de arbeidsmarkt en stimuleert ondernemerschap.
• Praktische toepasbaarheid – Leerlingen leren vaardigheden die direct inzetbaar zijn in de praktijk.
• Onderwijskundige waarde – Het programma voldoet aan de eindtermen en lestijdvereisten van de keuzevakken en draagt bij aan het schoolexamen.